Donders Wonders Blog

‘That’s what she they said’: Kunnen we taal veranderen om sexisme te verminderen?

This post is also available in Engels.

Veel talen worden bekritiseerd om het feit dat ze sexistisch zijn of niet gender-inclusief, en sommige mensen roepen zelfs op tot radicale veranderingen. Maar is het mogelijk om een taal te veranderen?

Mijn eerste les over seksisme had ik toen ik 10 was tijdens mijn Franse les. We leerden over persoonlijke voornaamwoorden; de woorden die we gebruiken om mensen mee aan te duiden (bijv. hij = il, zij = elle), Onze docent legde uit dat, anders dan in het Nederlands en Engels, de derde persoon meervoud in het Frans is gender-specifiek: zij (mannelijk) = ils en zij (vrouwelijk) = elles. ‘Maar hoe zit het dan met een gemengde groep?’ vroeg iemand. Het antwoord was: zodra er ook maar één man in de groep zit moet je het mannelijke ils gebruiken. We stonden ervan te kijken maar accepteerden het uiteindelijk. Hoe kan je hier iets aan doen? Je kunt taal niet echt veranderen… toch?

Veranderlijke talen

In feite is het wél mogelijk om een taal te veranderen. In Zweden waren ze ontevreden over de tweedeling van han (hij) en hon (zij), en ze bedachten daarom het geslachtsneutrale hen. Dit is praktisch wanneer het geslacht onbekend is of niet van belang – in plaats van de mannelijke standaard hij te gebruiken. Ook is het praktisch voor mensen die zich niet identificeren met hij of zij. Een vergelijkbaar gebruik in het Engels is de neutrale enkelvoud they.

Een extremere versie van taalverandering gebeurt nu in Spaanssprekende landen. Spaans, samen met andere talen zoals Frans, hebben grammaticaal geslacht, waar elk voorzetsel een geslachtsaanduiding heeft. In dit geval komt dat neer op mannelijk of vrouwelijk. Sterker nog, elke determinator (een, de) en bijvoeglijk naamwoord (klein, groot) wordt aangepast aan dat geslacht; meestal te zien aan een ‘-o’ (mannelijk) of ‘-a’ (vrouwelijk). Neem bijvoorbeeld de zin: de kapotte stoel was gerepareerd. Stoel (silla) is vrouwelijk dus alle woorden die hieraan gekoppeld zijn worden aangepast aan de vrouwelijke vorm: La silla rota fue reparada.

Het probleem is echter weer wanneer degene of de groep waar het overgaat niet per se neerkomt op één bepaald geslacht. Bijvoorbeeld, ‘We zijn allemaal moe’ is voor een gemengde groep in het Spaans Todos estamos cansados. Voor deze gevallen stellen voorstanders van geslachtsneutrale voorzetsels voor om een neutrale e te gebruiken: Todes estamos cansades.

Bevooroordeelde taal

Deze zogeheten inclusieve taal zou een grote verandering betekenen voor Spaans en ondervindt daarom veel weerstand, onder andere van de Real Academia Española, een autoriteit in de Spaanse taal. Een van hun argumenten is dat deze regels nu eenmaal zo bedacht zijn zonder de bedoeling dat het beledigend zou zijn. Onderzoek laat echter zien dat taal met geslachtstypes erin onze waarneming beïnvloedt. Dit is bijvoorbeeld aangetoond in onderzoek naar Duitse en Nederlandse taal waar bepaalde rollen (bijv. baantitels) geslachtspecifiek zijn. In het Duits bijvoorbeeld is een mannelijke docent Lehrer en een vrouwelijke Lehrerin, en worden gemengde groepen standaard met de mannelijke vorm aangeduid. Er werd gevonden dat zelfs wanneer er geen specifiek geslacht werd aangeduid, er toch vaak de mannelijke vorm werd begrepen. Er is ook bewijs dat geslachtstypische taal in vacatures mensen kan bevooroordelen in hun ideeën over de rang van de baan en of ze geschikt zouden zijn. Dit suggereert dat geslacht in taal bepaalde stereotype geslachtsbeelden in stand helpt houden. En dat is precies het punt: taal in zijn algemeenheid kan (oude) manieren van denken in stand houden.

Nieuwe ideeën vragen om nieuwe werelden

Goede voorbeelden van hoe taal het denken van vroeger beïnvloedt zijn bepaalde geslachtstypische namen van banen in het Nederlands zoals politieman of zuster. De geslachtsneutrale versies politieagent en verpleegkundige zijn inmiddels meer standaard geworden naarmate onze ideeën over beroepen veranderen.

Het ding is, je kunt taal en gedachten niet scheiden; ze zijn nauw verbonden. Onze manier van denken verandert constant, dus waarom zouden we onze taal niet ook aanpassen? In het begin voelt het natuurlijk vreemd, maar na een tijdje zal je eraan wennen. Net als dat ik en mijn klasgenoten eraan gewend raakten om groepen met vrouwen erin hij’en te noemen in het Frans.

Dit blog is geschreven door Monica Wagner en vertaald door Rowena Emaus.

Om meer over geslachtsneutrale voorzetsels te weten te komen, luister naar deze Lingthusiasm podcast (in het Engels): https://lingthusiasm.com/post/154520062361/lingthusiasm-episode-2-pronouns-little-words

Afbeelding door Don clark atlanta via WikiMedia Commons (CC BY-SA 4.0).

Website | + posts

Having been raised with two languages herself, Mónica Wagner is interested in how people use and learn multiple languages, especially when it comes to the sounds of languages. During her licence in psychology (National University of Córdoba, Argentina) she looked into whether people who speak two (or more) languages, when wanting to say the word for ‘dog,’ consider the name in both of their languages. Then, during her Master’s in cognitive neuroscience (Radboud University, The Netherlands), she looked at the other side of the coin: whether bilinguals can selectively listen in one of their languages (sometimes even the wrong one!) and the role of the context they’re in at the moment or whether or not the speaker has a foreign accent. Currently Mónica is working on her PhD at the Donders Centre for Cognition (The Netherlands), where she’s studying individual differences in foreign accent, that is, why some people struggle so much to get rid of their foreign accent in a second language, while others seem to be able to acquire a nativelike accent almost effortlessly. She is new to the Donders Wonders team but will likely blog a lot about her favorite topics: languages, bilinguals, and accents!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *