This post is also available in Engels.
“Het brein is als een spier. Hoe vaker je het gebruikt, hoe sterker het wordt.” Hoewel niet onjuist in andere contexten zijn deze woorden niet van toepassing op het gebruik van hersentraining apps.
Met zoete beloftes voor het verbeteren van het geheugen, focus en kritisch denken zijn Lumosity, Peak en Elevate de meest populaire mobiele applicaties voor educatie. Net als je (hopelijk) reguliere sportschool sessies, stelt men dat “hersentraining” apps je cognitieve vaardigheden kunnen verbeteren bij dagelijks gebruik. Eerdere studies laten zien dat de hersenen inderdaad getraind kunnen worden voor specifieke type taken (bijvoorbeeld werkgeheugen, ruimtelijk geheugen, etc.), maar hoe sterk zijn deze effecten en hoelang blijven ze effectief? Nog belangrijker, het probleem is niet of hersentraining je prestatie kan bevorderen op de puzzel die de app je biedt, maar of deze voordelen overgedragen kunnen worden naar real-life toepassingen of algemene verbetering van het cognitieve functioneren.
Hersentraining apps zouden wel eens meer waardevol kunnen zijn voor patiënten dan voor de algemene populatie. Peak is ontwikkeld vanuit een studie die patiënten met milde cognitieve beperking een spel liet spelen. In een geheugentest bij 42 patiënten lieten degenen die het spel gespeeld hadden gemiddeld 33% minder fouten zien en verbeterde hun geheugenscore met zo’n 40% waarbij ze meer complexe visuele informatie konden ophalen vergeleken met degenen die het spel niet speelden. Zelfs Lumosity, die een boete van $2 miljoen kreeg voor valse reclame, is gebaseerd op een taak die effectief bleek in adolescente patiënten met kanker of het syndroom van Turner.
De vaststelling dat hersentraining apps voortkomen uit wetenschappelijk onderzoek lijkt indrukwekkend, maar deze beloften van verbetering komen voort uit enkele, niet gerepliceerde experimenten. Originele studies missen dubbel-blinde gerandomiseerde studies die een ‘actieve controlegroep’ (patiënten die getraind worden op een andere taak) en/of een ‘passieve controlegroep’ (patiënten die niets doen) bevatten. Bovendien zijn de meeste testen niet onafhankelijk uitgevoerd en maar enkelen hiervan hebben overdrachts- of lange termijnverbeteringen gevonden van deze apps. De meerderheid van onafhankelijk onderzoek vond enkel verbetering binnen hetzelfde type taken.
Een andere vergissing is dat al deze apps geadverteerd worden naar het algemene publiek terwijl men ze alleen getest heeft in patiënt-groepen. Een enorme 6 wewken durende studie trainde 11,430 gezonde deelnemers op cognitieve taken en had als doel om redeneren, geheugen, planning, visuele vaardigheiden en aandacht te verbeteren. Hoewel de prestatie verbeterde in alle getrainde taken werd er geen bewijs gevonden voor een effect op taken waarin men niet getraind was, zelfs niet wanneer deze veel op elkaar leken. Een andere studie die gebruik maakte van de app Lumosity in 128 gezonde jongvolwassenen concludeerde dat er geen voordelen van de app waren vergeleken met standaard online videogames.
Hersentraining apps zijn zeker effectief voor het drillen van een bepaald ding, zoals het onthouden van woordenlijsten of verbeteren van visuele accuraatheid, maar zijn niet bewezen effectief voor het verbeteren van algemene cognitieve vaardigheden. Desondanks kunnen deze apps nuttig zijn voor patiënten die het risico lopen op cognitieve achteruitgang, herstellen van een beroerte of met een handicap leven. Zoals altijd is er solide empirisch bewijs nodig voor iets de markt opgaat.
Geschreven door Christienne Gonzales Damatac
Bewerkt door Annelies van Nuland
Vertaald door Jill Naaijen