This post is also available in Engels.
Van jongs af aan leren we het verschil tussen links en rechts. Vaak leren we om naar de hand te kijken die we gebruiken om te tekenen of schrijven. Schrijven we met rechts, dan leren we dat de andere hand de linkse is en andersom. Deze kennis is zo fundamenteel voor alles wat we doen dat we het gebruiken zonder het door te hebben. Zo onderscheiden we rechts van links als we iemand de weg wijzen, of zelfs, nog simpeler, wanneer we ’s ochtends onze schoenen aantrekken.
Rechts van links leren onderscheiden is een basistechniek. Maar meer mensen dan je wellicht verwacht zijn hier niet zo goed in.
Ik persoonlijk ben vreselijk slecht in het uit elkaar houden van links en rechts. Op een nieuwe bestemming aanbelanden is altijd een avontuur. Ondanks de goede bedoelingen en de meest vriendelijke navigatiesystemen sla ik vaak toch weer rechtsaf waar ik links had moeten gaan. Laten we het niet over mijn rijvaardigheden hebben…
Maar gelukkig ben ik niet alleen. Onderzoek laat zien dat ongeveer een derde van de mensen niet goed is in het onderscheiden van links en rechts.
Waarom is het zo moeilijk?
Het is niet duidelijk waarom we links en rechts door elkaar halen. Er zijn situaties waarin het lastiger is dan in andere. Bijvoorbeeld als we de beweging van iemand tegenover ons moeten spiegelen. Hoe vaak gebeurt het niet dat je je rechterbeen beweegt terwijl de yogaleraar tegenover je juist het linkerbeen optilde? Tijd is ook van invloed. Zo kies je eerder de verkeerde kant als je plots moet kiezen dan wanneer je alle tijd van de wereld hebt.
Wat heb je nodig om goede “links” of “rechts” beslissingen te maken?
Cognitief gezien is links van rechts uit elkaar houden een zeer complex proces. Het brein moet alles wat je hoort en ziet samenvoegen en de plek van lichaamsdelen (of objecten in de buurt) in de gaten houden. Deze vaardigheden worden hogere cognitieve functies genoemd, en gaan gepaard met hersenactiviteit in bepaalde gebieden.
De hersenen controleren de cognitieve vaardigheden die ons helpen links of rechts te kiezen
Er is één hersengebied – de angular gyrus genaamd – dat hier vooral bij betrokken is. Het bevindt zich in de pariëtale kwab (het bovenste deel van ons brein) en is betrokken bij de waarneming van ruimte en van de positie van ons lichaam in deze ruimte. De angular gyrus is ook betrokken bij taal, geheugen en zelfs berekeningen. Defecten in dit hersengebied worden geassocieerd met een zeldzame aandoening – Gerstmann Syndroom – waarin een verminderd gevoel voor rechts en links samengaat met niet kunnen schrijven en rekenen.
Kun je rechts/links discriminatie trainen?
Gelukkig zijn er allerlei manieren om onze rechts/links beslissingen te trainen. Een manier is bijvoorbeeld om te proberen voorwerpen mentaal rond te draaien. Of nog beter, probeer een sport waarbij coördinatie erg belangrijk is – zoals tennis of dans. Dit soort activiteiten stimuleert de cognitieve functies die ten grondslag liggen aan het elkaar houden van rechts en links. En nog leuk om te doen ook!
Author: Martina Arenella
Buddy: Christina Isakoglou
Editor: Ellen Lommerse
Translation: Jill Naaijen
Editor translation: Roeland Segeren
Foto credit van geralt via Pixabay
