Sinterklaas ontmoeten: een verhaal over het brein

This post is also available in Engels.

Zaterdag is het pakjesavond! Sinterklaas brengt cadeautjes naar alle brave kinderen. Heb jij je goed gedragen dit jaar? Ben je klaar om Sinterklaas te ontmoeten? En misschien wel het belangrijkst: is je brein hier ook klaar voor?

 

1

 

Wat gebeurt er in ons brein wanneer we Sinterklaas in levenden lijve ontmoeten? Laten we bij het begin beginnen. Je herkent de Sint natuurlijk op basis van wat je ziet. Om dit voor elkaar te krijgen moet je brein eerst het beeld omdraaien dat door je ogen wordt gemaakt. Je ogen zijn namelijk te vergelijken met de lens van een camera: alles wat je ziet eerst op zijn kop afgebeeld.

2

Het omdraaien van het beeld gebeurt helemaal achter in je brein. Dit gebied wordt de occipitaalkwab genoemd, omdat het tegen het bot ligt dat de occiput heet. Occiput betekent in het Latijn  ‘de achterkant van de schedel’. Klinkt logisch, toch?

3

De visuele informatie (zicht-informatie) wordt vanuit je occipitaalkwab doorgestuurd naar de zijkant van het brein, dichtbij je slaap. In het Engels wordt je slaap de temple genoemd, vandaar de naam temporaalkwab voor dit stuk van je brein. Makkelijk te onthouden!

In de temporaalkwab worden de objecten die je ziet (een wit paard, een rode mijter, een staf en een baard) vergeleken met kennis die je eerder hebt opgedaan en die in je brein ligt opgeslagen. Als dat wat je ziet overeenkomt met iets dat je al kent kun je spreken van herkenning… ik heb het, het is Sinterklaas!

4

Je brein stopt niet bij herkenning. Wanneer je aan Sinterklaas denkt, dan denk je er immers ook aan allerlei andere dingen: dat goede kinderen cadeautjes en snoepgoed krijgen, en stoute kinderen de roe. Deze geassocieerde kennis kennis die te maken heeft met wat je herkent wordt opgehaald uit weer een ander deel van de temporaalkwab.

5

Als je geluk hebt geeft Sinterklaas je cadeautjes en snoepgoed. Deze dingen vormen de beloning voor een kind dat zoet is geweest. In je hersenen activeert zo’n beloning de genotsnetwerken van het brein. Het fijne gevoel van de beloning wordt dan gekoppeld aan datgene waarvoor je beloond werd. Dit noemen we een positieve associatie. Een positieve associatie motiveert ons om ons de volgende keer weer goed te gedragen.

6

Wanneer we gestraft worden, bijvoorbeeld door de roe te krijgen, ontstaat er juist een negatieve associatie. Hierbij worden andere delen van het brein geactiveerd, zoals de amygdala, een gebied dat actief is bij angst.

Wat nog problematischer is, is dat straf de activiteit van de genotsnetwerken afremt. En dat zorgt ervoor dat het plezier van leren na straf afneemt. Daarom is het leren door middel van een beloning meestal beter. Gelukkig ontwikkelt het Sinterklaasverhaal zich, waardoor de roe niet meer wordt gebruikt. Zou de kennis over het brein in deze evolutie een rol hebben gespeeld?

Meer informatie:
Brain from top to bottom

Dit blog is geschreven door Roselyne.
Vertaling en bewerking door Romy.

This blog can also be read in English.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categories