Donders Wonders Blog

Zijn mentale stoornissen hersenaandoeningen?

This post is also available in Engels.

Kortgeleden deed het RIVM een controversiële uitspraak die een boel discussie deed oplaaien. Zijn we het ermee eens dat 3.8 miljoen van de 17.2 miljoen Nederlanders een hersenaandoening hebben?

Een paar maanden geleden publiceerde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) een rapport waarin stond dat 3.8 miljoen van de 17.2 miljoen Nederlanders een hersenaandoening hebben. Het was vooral de brede definitie van de term hersenaandoening die voor ongeloof zorgde, omdat het ook ziektes zoals depressie en angststoornis omvatte. Veel mensen, waaronder zorgprofessionals, vinden mentale stoornissen geen hersenaandoening en vonden het rapport nogal misleidend. Dit leidt tot de vraag: welke opvatting is ‘juist’? Zijn mentale stoornissen inderdaad echte hersenaandoeningen?

Er zijn meerdere manieren om hersenaandoeningen en mentale stoornissen uit elkaar te houden. Je kan bijvoorbeeld kijken naar de onderliggende oorzaak; een hersenaandoening kan iets zijn waarmee je geboren bent, of wat te maken heeft met je genen. Een mentale stoornis daarentegen kan je krijgen over de tijd, vanwege invloeden van buitenaf. Een andere manier om naar het probleem te kijken is door de stoornissen te categoriseren als ofwel psychologisch of fysiek. Dat gaat als volgt: ‘echte’ breinaandoeningen hebben een biologische oorzaak, oftewel er is sprake van een fysiek stukje van het brein dat is aangedaan. Daartegenover worden mentale stoornissen juist vaak gediagnosticeerd aan de hand van gedrag en klinische symptomen. Alsnog, in het verleden heeft een boel onderzoek naar de oorzaken van mentale stoornissen aangenomen dat de stoornissen veroorzaakt worden door iets neurologisch. De focus van deze onderzoeken lag dan ook vooral op het vinden van deze biologische factoren. Mentale gezondheidsproblemen maakten oorspronkelijk onderdeel uit van de medische afdeling, waarschijnlijk zijn deze aannamen daar sterk door beïnvloed. Daarnaast kan het voor de patiënt en zijn omgeving ook prettig zijn een biologische oorzaak te hebben. Dit vergemakkelijkt de erkenning van de ziekte als ‘echt’, in plaats van te denken dat hij of zij ‘gewoon’ somber en vermoeid is.

Helaas hebben veel van deze onderzoeken naar de neurobiologische basis van mentale stoornissen niet gevonden wat ze zochten. Ondanks er veel vooruitgang is geboekt in het vinden van factoren (bv. genetische risicofactoren) is het onderzoekers nog niet gelukt een duidelijke neurobiologische oorzaak te vinden van een psychiatrische stoornis. In plaats daarvan vinden we vaak dat veel stoornissen een combinatie zijn van genetische oorzaken en invloeden uit de omgeving. Desalniettemin, trekken onderzoekers hier ook verschillende conclusies uit. Aan de ene kant is er het bewijs dat mentale stoornissen wel hersenaandoeningen zijn; veel ervan zijn erfelijk en ze zijn soms gelinkt aan veranderde hersenstructuren. Misschien hebben we gewoon nog niet het gereedschap om de code helemaal te kraken. Daarnaast is het heel moeilijk om psychologie en biologie helemaal uit elkaar te houden. Uiteindelijk zijn alle mentale processen en gedrag het resultaat van biologische processen in het brein, zoals vurende hersencellen, hormonen enzovoort. Je kunt ook nog eens niet ontkennen dat onze breinen gevormd worden door levenservaringen. Kortom, als alle mentale processen voortkomen uit hersenprocessen zouden alle stoornissen van mentale functies als hersenaandoeningen moeten worden beschouwd.

Aan de andere kant, er zijn sterke argumenten om mentale gezondheidsproblemen niet als een biologische ziekte te zien, en daarom ook niet als hersenaandoening. Er is geen duidelijk causaal mechanisme dat de ontwikkeling van een psychiatrische stoornis compleet kan verklaren. In veel gevallen gaat bij de behandeling van mentale stoornissen de eerste keus nog steeds naar psychotherapie.

Al met al, met de huidige kennis is de tijd nog niet rijp om deze discussie voor eens en voor altijd te sluiten. Daarom is het belangrijk dat we ons nu focussen op de overeenkomsten tussen onderzoekers en de mentale gezondheidszorgprofessionals. Waar het uiteindelijk om gaat is dat mentale stoornissen serieus genomen worden. Ze moeten worden gezien als echte stoornissen die behandeling nodig hebben. Als we het hier allemaal over eens zijn is het misschien niet eens langer nodig te discussiëren welk label ze krijgen.

Geschreven door Eva, bewerkt door Annelies en vertaald door Rowena.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categories